EVC voor MA Archeologie
De EVC-regeling voor archeologen was bedoeld voor personen die beroepshalve werkzaam zijn in de archeologie, maar die niet voldoen aan de opleidingseis voor archeologen zoals gesteld in de Kwaliteitsnorm Nederlandse Archeologie. De aanleiding van de regeling was een besluit van het Centraal College van Deskundigen Archeologie op 22 mei 2008.
Bij archeologische bedrijven en gemeenten werken mensen die door jarenlange ervaring en studie een niveau hebben bereikt dat vergelijkbaar is met dat van een academisch gediplomeerde archeoloog. In een EVC regeling is het doel om medewerkers met in de praktijk opgebouwde kennis de mogelijkheid te bieden een officiële erkenning op het niveau MA archeologie te krijgen voor deze verworven competenties. De term EVC verwijst naar Erkennen van Verworven Competenties (EVC). De regeling werd uitgevoerd door SIKB in nauwe samenwerking met de Nederlandse universiteiten met een archeologie afdeling of faculteit. Aanmelden kon tot 31 december 2011.
Bevestiging EVC-regeling en Gelijkstellingsregeling
door Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed
Op 29 juni 2009 is de RCE in een brief akkoord gegaan met de EVC regeling MA Archeologie en de Gelijkstellingsregeling MA Archeologie. Daarnaast verklaart de RCE dat voor personen die op basis van een EVC regeling hun MA diploma hebben behaald, hun relevante werkervaring verkregen voorafgaand aan het behalen van het diploma volledig zal meetellen bij een beoordeling van de werkervaringseis zoals is vastgelegd in de Kwaliteitsnorm Nederlandse Archeologie.
Achtergrond EVC: De belangenafweging archeologie
Het CCvD Archeologie heeft nav het advies van de Commissie Belangenafweging besloten tot het per 1 januari 2009 instellen van een regeling voor het kwalificeren van personen zonder de juiste vooropleiding (EVC-regeling). Het SIKB-bestuur heeft het besluit op 29 mei bekrachtigd.