Kennis van kwaliteit in bodem en archeologie

Klachten

In het algemeen probeert een ieder zijn werk natuurlijk goed te doen. Maar wat zijn uw mogelijkheden als er onverhoopt toch iets mis gaat? Allereerst adviseren wij in gesprek te gaan. Mogelijk zijn er misverstanden of kunnen zaken snel opgelost worden. Indien dat niet het geval is, kan u een klacht indienen. Waar u deze kan indienen, is afhankelijk van het type klacht. Binnen een kwaliteitssysteem geldt een klacht doorgaans als een belangrijk signaal om te verbeteren. Het is dus niet erg om een klacht te ontvangen, mits er natuurlijk iets mee gedaan wordt. En om dit transparant te doen, gelden er voor zowel certificaathouders als certificerende instellingen klachtenprocedures.

Type klachten
We onderscheiden verschillende type klachten. Belangrijk daarbij is het onderscheid of een klacht gaat over het niet naleven van een eis in een BRL of protocol (dat valt dan onder de certificeringssystematiek) of anderszins. Onderstaand worden verschillende type situaties omschreven waarin een klacht of melding gedaan kan worden.

1. Het archeologisch onderzoek (of PvE) voldoet niet aan de eisen van BRL en protocollen
In deze situatie kan de klagende partij zowel een opdrachtgever, bevoegd gezag of een andere derde partij zijn.

De eerste stap is het opnemen van contact met de certificaathouder. Probeer altijd samen, binnen redelijke termijn, te komen tot een oplossing. Veel klachten ontstaan door gebrekkige communicatie en verkeerde verwachtingen. Uiteraard is ook de formulering van de opdracht (het contract) van belang.
Als er geen oplossing wordt gevonden kan u een formele klacht indienen bij de certificaathouder. De certificaathouder neemt deze dan in behandeling binnen haar klachtenprocedure. Deze is vastgelegd binnen haar kwaliteitssysteem, de certificerende instelling ziet hier op toe.
U kan de klacht over de certificaathouder ook neerleggen bij haar certificerende instelling. Deze vindt u op het certificaat van de certificaathouder of kan u opzoeken via de site van SIKB. De certificerende instelling zal dan beoordelen of de klacht correct door de certificaathouder wordt afgehandeld. Indien dit niet het geval is, dan kan zij een sanctie treffen tegen de certificaathouder. Dit kan ultimo oplopen tot het schorsen of intrekken van het certificaat. Hiervoor zijn regels gesteld in de BRL (hoofdstuk 4).
Overigens zal een certificerende instelling altijd vragen of u de klacht al bij de certificaathouder heeft neergelegd.

Opgemerkt wordt dat het nakomen van de contractuele verplichtingen ten aanzien van het archeologisch onderzoek een eis is uit de BRL en protocollen. Daarmee valt het niet nakomen van deze verplichtingen onder het ‘afwijken van de eisen van BRL en Protocollen’.

2. Het certificatieonderzoek (audits, certificaatverlening) voldoet niet aan de eisen van BRL en protocollen
In deze situatie kan de klagende partij zowel een certificaathouder, opdrachtgever, bevoegd gezag of een andere derde partij zijn.

De klacht wordt ingediend bij de certificerende instelling. Deze kent hiervoor een onafhankelijke klachtenprocedure, die onder toezicht staat van de Raad voor Accreditatie.
Klachten in deze situatie betreffen de beoordeling door en werkwijze van de certificerende instelling. Voor certificaathouders zijn voorbeelden vaak gerelateerd aan auditsystematiek, auditresultaten en inzet auditoren. Voor derden zijn voorbeelden vaak gerelateerd aan klachtenafhandeling. Ook hiervoor geldt dat het onderling oplossen de voorkeur geniet boven formele procedures. Mogelijk valt het onderwerp van de klacht niet onder de audit of is er – buiten het zicht van de klager – al actie ondernomen.
Bij klachten van derden geldt als belangrijk aandachtspunt dat er sprake is van een zekere geheimhoudingsplicht tussen certificerende instelling en certificaathouder. Het kan dus zijn dat niet alle informatie die u wenst te verkrijgen, daadwerkelijk wordt verstrekt. Een certificerende instelling zal in de meeste gevallen volstaan met een terugkoppeling op hoofdlijnen zonder teveel op details in te (mogen) gaan.

3. Het SIKB-beeldmerk voor gecertificeerde organisaties wordt onterecht gebruikt
In deze situatie kan de klagende partij zowel een certificaathouder, opdrachtgever, bevoegd gezag of een andere derde partij zijn.

In deze situatie signaleert een partij dat een organisatie misbruik maakt van het SIKB-beeldmerk. Voorbeelden zijn het onterecht voordoen als certificaathouder in een offerte of aanbieding, op een website of in een rapport.
Het signaal wordt afgeven bij SIKB. Omdat het beeldmerk privaatrechtelijk is beschermd, zal zij stappen richting de betreffende organisatie nemen.
Het doen van deze signalen is van groot belang om de uitstraling van de certificering te beschermen.

4. Er wordt afgeweken van wettelijke eisen ten aanzien van de archeologie
In deze situatie kan de klagende partij zowel een certificaathouder, opdrachtgever, bevoegd gezag of een andere derde partij zijn.

Het archeologisch bestel kent een aantal wettelijke bepalingen waaraan archeologische bureaus en diensten zich moeten houden. Deze kunnen al dan niet in BRL of protocol staan. Voorbeelden zijn het doen van opgravingen zonder certificaat, structurele misstanden.

Indien u een klacht heeft over een afwijking van de wettelijke eisen, dan kan u deze melden bij de Inspectie Overheidsinformatie en Erfgoed. Zij is de formele toezichthouder op de wettelijke eisen.

Indien u een melding over een (vermeende) overtreding van wettelijke eisen anoniem wilt doen, dan kan dat via meld misdaad anoniem.

5. Overige klachten
Indien een klacht niet in één van bovenstaande categorieën valt, dan vallen ze buiten de certificering of het (archeologisch) wettelijk kader. Certificerende instellingen en Inspectie Overheidsinformatie en Erfgoed zullen de klacht dan ook niet in behandeling kunnen nemen.
Voor certificaathouders geldt dat zij de klacht niet binnen de certificering van BRL en protocollen kunnen behandelen. Wel zal de certificaathouder de klacht mogelijk op andere wijze behandelen. Er is hier – vanuit de archeologische certificering – dan echter geen toezicht op.
Voorbeelden zijn onvoldoende veiligheidsmaatregelen, ontbreken informatie naar omgeving en het uitbrengen van een verkeerde offerte.