Verkorte effectenstudie voor WKO met koude-overschot
De methode voor de verkorte effectenstudie voor middelgrote open systemen van de BUM Bodemenergie voor provinciale taken is nu ook bruikbaar voor systemen met een koude-overschot. Initiatiefnemers profiteren van lagere kosten voor de effectenstudie.
Op 8 oktober heeft het CCvD Bodembeheer versie 2.4 van de BUM en HUM Bodemenergie voor provinciale taken (BUM BE deel 1) vastgesteld.
Uit overleg met de gebruikersgroep van de BUM’s en HUM’s voor bodemenergie bleek dat de methode voor de verkorte effectenstudie voor middelgrote open systemen niet goed bruikbaar was voor systemen die ontworpen zijn op een bodemzijdig koude-overschot. Door opname van twee nieuwe grafieken is dit knelpunt verholpen. Hierdoor profiteren initiatiefnemers van deze systemen ook van de lagere kosten van de verkorte effectenstudie.Verder is aan de modelvergunning een facultatief standaard-voorschrift voor productiviteit (geleverde MWh per m3 grondwater) toegevoegd.
Veel provincies willen een voorschrift voor de productiviteit in de vergunningen van open systemen opnemen. Drie provincies doen dit al, maar ze doen dit allemaal net anders. Het nieuwe standaardvoorschrift zorgt dat de provincies op uniforme manier een voorschrift voor productiviteit aan de vergunningen kunnen verbinden. Dit vergemakkelijkt de implementatie van dit nieuwe voorschrift door de erkende bedrijven.
Ook is productiviteit als facultatief controlepunt in de HUM opgenomen.
Om de documenten gebruiksvriendelijker te maken, zijn de teksten die betrekking hadden op de Omgevingsvergunning Beperkte Milieutoets (OBM) voor gesloten systemen verwijderd. Hiervoor wordt nu verwezen naar de BUM en HUM Bodemenergie voor gemeentelijke taken.
De actuele versies van de BUM’s en HUM’s bodemenergie zijn hier te vinden.[